10 januari 2019

Bedreiging burgemeester terroristische daad

Je kunt de krant niet openslaan of een nieuwssite als nu.nl lezen of er is ergens wel een aanslag gepleegd met een terroristisch motief. Een jongeman steekt onverwacht wild om zich heen bij willekeurige passanten, een ander schiet op straat zo maar in het rond om op die manier zoveel mogelijk slachtoffers te maken, of er is sprake van een busje dat met hoge snelheid op een groep mensen inrijdt. De politie meldt dat een terroristisch motief niet wordt uitgesloten en te vaak blijkt dat ook het geval. En omdat deze terroristische daden een bedreiging vormen voor onze rechtsstaat en democratie is de strafmaat hiervoor aanzienlijk, soms wel vele jaren.

De Nederlander leest het allemaal berustend maar de stoom komt wel uit zijn oren. Maar wat kan hij eraan doen? En zeer tegen zijn zin gaat hij weer over tot de orde van de dag. Hij vindt het een grote schande en er zou harder tegen moeten worden opgetreden.

Er zijn ook andere incidenten die de burgerij schokken. Zo begrijpt men niets van de bedreigingen, intimidaties en soms zelfs fysieke aanvallen op hulpverleners die hun werk in de buitenruimte doen, zoals politieagenten, BOA’s, ambulancemedewerkers of brandweerlieden. Het is dus begrijpelijk dat de politiek hier paal en perk aan wil stellen. Een willekeurige bedreiging is tot daaraantoe, maar je blijft met je vingers af van onze hulpverleners, is de opvatting in Den Haag. En om die opvatting kracht bij te zetten kunnen voor deze misdrijven inmiddels hogere straffen worden geëist, wel anderhalf maal zoveel. Betekent een ‘doorsnee’-mishandeling misschien 200 euro boete of twee dagen schoffelen in het park, in zulke gevallen wordt de straf met de helft verzwaard. De burger ziet dat allemaal met gefronste wenkbrauwen aan. Een ambulancemedewerker in elkaar slaan en dan geen boete van 200 euro maar van 300 euro?


De laatste jaren doet zich inmiddels steeds vaker een nieuw en extra verontrustend fenomeen voor. Niet alleen meer is de politieagent of ambulancemedewerker het slachtoffer maar ook andere personen met openbare functies. Gemeenteraadsleden, wethouders, burgemeesters, ministers of officieren van justitie worden eveneens bedreigd of geïntimideerd. De cijfers spreken boekdelen. Zo’n 40% van de burgemeesters zegt in 2018 te maken hebben gehad met bedreigingen of intimidatie. Als voorbeelden dienen tv-beelden van enkele incidenten van de afgelopen jaren: uitgebrande auto’s voor de privéwoningen van burgemeesters of een burgemeester die in zijn auto met een pistool is bedreigd of een afgebrand stadhuis nadat een auto opzettelijk naar binnen was gereden.


Bij deze gebeurtenissen zouden in politiek Den Haag alle alarmbellen moeten afgaan, code rood moeten worden gegeven. Het gaat immers niet meer om ‘gewone’ bedreigingen maar dit zijn regelrechte aanslagen op de democratie. Deze functionarissen horen zonder bedreigingen besluiten te kunnen nemen. Wanneer een politicus of burgemeester dat niet meer in vrijheid kan doen, is het einde van de democratie in zicht. Een gemeenteraadslid wordt geacht zonder last te stemmen, maar zal zich wel twee keer bedenken wanneer hij ernstig wordt bedreigd. Ongetwijfeld zal hij voor de buitenwacht een goede reden kunnen bedenken om zijn gewijzigde stemgedrag te verklaren, maar de bedreiging zal hij niet snel noemen. De wethouder die een coffeeshop wil sluiten, zal na een indringend gesprek met de onderwereld mogelijk zijn voornemen ‘heroverwegen’. Natuurlijk verklaren deze personen in het openbaar dat ze niet zullen zwichten voor intimidatie of bedreiging, maar zoveel helden als Jos Wienen, de zwaarbeveiligde burgemeester van Haarlem, telt Nederland niet.


Dit soort incidenten zijn niet meer de ‘gewone’ bedreigingen (‘je hoort nog wel van me’, ‘van mij ben je nog niet af’) van enkele jaren terug. Ze gaan zelfs verder dan de bedreigingen tegen onze hulpverleners. Nee, deze bedreigingen en intimidaties zijn de bijl aan de wortels van onze democratie, net zoals de terroristische aanslagen op burgers of gebouwen. Dus moeten die niet langer worden bestraft met 40 uur taakstraf of een paar honderd euro’s, maar met straffen die horen bij terrorisme. Iemand die een burgemeester, wethouder of gemeenteraadslid ernstig bedreigt, moet voor de rechter een straf van bijvoorbeeld 8 jaar kunnen horen eisen. De rechter kan dan bepalen of de bedreiging ernstig genoeg is om als terroristisch te worden aangemerkt, maar de dader is niet langer zeker van slechts een paar dagen schoffelen. Het kan ook uitdraaien op een langdurige gevangenisstraf. Dan denk je nog wel een keer na voordat je een burgemeester bedreigt.


Ondertussen verneemt de verontruste burger uit Den Haag dat deze bedreigingen ‘niet kunnen’, dat we allemaal ‘om onze burgemeester moeten gaan staan’, ‘dat dit gedrag niet valt te tolereren en heel snel moet stoppen’, en zo meer. Maar hij vraagt zich ondertussen ook af, of hij de onafhankelijkheid van de burgemeester of wethouder nog wel kan vertrouwen.


Geen opmerkingen: